Gheboden ende uytgeroepen by mynen
Heeren, Onder-Schouteth, Borger-meesteren, Schepe-
nen, ende Raedt der Stadt van Antvverpen,
op den 21. October. 1636

Alsoo verscheyden/ soo brouwers/ als tappers/ en herbergiers / hun
vervoorderen de bieren hier gebrouwen/ ende andere Inlandtsche
buyten bieren in te legghen/ en te vercoopen tot hoogeren prijs als
hun bij de voorgaende ordonnantie toe ghelaten is: S o o i s t/ datmen
van ’s Heeren en Stadts weghen wel scherpelijck ordonneert/ dat
de brouwers voor de taverniers/ herbergiers/ en tappers woonen-
de binnen dese Stadt/ ende byvangh der selver/ gheene hooghere
bieren en sullen moghen brouwen/ noch oock de bier-steckers eenighe Binnen-landt
sche bieren aen de voorseyde taverniers/ herbergiers en tappers vercoopen/ ende
leveren dan van rr. schellingen Vlaemsch/ oft ses guldens de tonne, op de verbeurte van hondert guldens t’elcker reyse.
Verbiedende insghelijcks alle taverniers/ herbergiers/ en tappers deser Stadt/
de voorseyde/ ende alle andere buyten-bieren/ uytghenomen die over zee ende land co-
men/ hoogher te vercoopen dan den pot teghen eenen stooter: op de pene van vijf-
en-twintich guldens voor d’eerste reyse/ ende vijftigh guldens voor de tweede reyse/
ende voor de derde reyse van arbitralijck ghecorrigeert te worden. Alle de voorseyde
geldt-penen te bekeeren naer oude ghewoonte.
Wel verstaende nochtans/ dat de taverniers/ herbergiers en tappers deser Stadt/
die al-noch eenighe bieren in hunne kelders zijn hebbende/ ten hoogheren prijs in-
gheleydt/als by voorgaende Ordonnantie is ghestatueert/ de voorseyde bieren op den
selven prijs sullen mogen vercoopen ghedurende de naestcomende veerthien daghen/
en niet langher/ als wanneer dese Ordonnantie t’hunnen opsien eerst sal in-gaen;
ende alles op ghelijcke penen hier voren verhaelt.

P. van Valckenissen.

Bevelen en verordeningen
21 oktober 1636

Verschillende brouwers, tappers, herbergiers verkopen bieren die hier gebrouwen werden en ook inlandse bieren tegen een hogere prijs dan was afgesproken in de vorige ordonnantie. Daarom gebieden de heren van stadswege streng dat de brouwers geen dure bieren mogen brouwen voor de taverniers, herbergiers en tappers die in deze stad wonen. Ook mogen de bierstekers1 de binnenlandse bieren niet leveren tegen een prijs hoger dan 20 schillingen Vlaams of zes gulden per ton. De straf hierop is honderd gulden per overtreding.

Er wordt ook verboden aan alle taverniers, herbergiers en tappers van deze stad dat zij de bovenvermelde bieren en alle buitenbieren verkopen voor meer dan een stooter2 per pot. De straf hierop is vijfentwintig gulden voor de eerste overtreding, vijftig voor de tweede en de derde keer zal men passend worden gestraft. Alle geldboetes moeten worden betaald zoals het de gewoonte is.

Nochtans mogen de de taverniers, herbergiers en tappers van deze stad die nog bier in hun kelder hadden een hogere prijs vragen dan in de vorige ordonnantie is bepaald en die bieren tegen die prijs verkopen gedurende de volgende veertien dagen, niet langer, dan wanneer deze ordonnantie zal ingaan. Op straffe zoals hiervoor bepaald.

P. van Valckenissen

1 Biersteker: ook bierbeschooier. Iemand die tappers en anderen voorziet van van buiten ingevoerde bieren
2 De stoter was een oudhollandse zilveren munt met een waarde van 2½ stuiver. Dit muntstuk was in omloop in de 15e en 16e eeuw.